Vasco da Gama, 10 februari 2023
We hebben niet alleen een waterkoker bij ons, we hebben ook glazen bij ons om thee uit te drinken. Of heet water.
Glas kan best goed breken, zeker als je het laat vallen. Ik laat de eerste maand van onze reis twee keer een glas vallen. Daarom nu twee keer een glasverhaal in één.
Het kopen van een nieuw glas blijkt ingewikkeld. Althans, in Mumbai kun je ze alleen per zes kopen. Bij IKEA in Mumbai (ja, die hebben ze ook, tot en met de vegetarische balletjes aan toe) koop je ze per vier. Dat is te veel glas en te veel gesjouw, dus we zoeken door en door en door. Tot we een verkoper vinden waar we twee glazen kunnen kopen. Waarvan ik er dan weer één kapot laat vallen.
Cécile drinkt nu uit een longdrinkglas en ik heb uiteindelijk een mok gevonden. Wit, stevig en (vooralsnog) niet kapot te krijgen. Het gaat al een tijdje zonder breuken. Maar als glas valt zijn er scherven. Veel scherven, zo blijkt in de hotelkamers waar ik de glazen liet vallen. Maar een klein scherfje kan grote gevolgen hebben.
We gaan weer eens dertig jaar terug. Toen reisden we niet met een waterkoker, wel met zo’n éénpitsgasstelletje. We kookten dus wel af en toe water en gebruikten dan de glazen van het hostel waar we sliepen.
Een enkele keer gingen we ook op bezoek bij een oud-collega. In het huis van zo’n oud-collega was net een glas kapot gegaan. Of iets. Een klein scherfje belandde in mijn grote hiel. Bijna onzichtbaar, maar steeds voelbaarder.
Van Rio ging het mee naar Salvador, naar Brasilia en uiteindelijk mee naar de Amazone. Het kleine scherfje zat grote gevolgen te hebben. Mijn hiel was ontstoken, maar heel veel pijn deed het niet. We hadden watjes tussen mijn hiel en de schoen gelegd en doorlopen maar. Lopen op een waterbed van pus. Misschien had ik toen wel een rare pijngrens.
Doordat ik mijn schoenen uitdeed, zag de Amazonegids wat er aan de hand was. Hij gaf mij een handdoek, pakte een mes en een soort vacuumtrekker en ging aan de slag. De handdoek was voor in mijn mond: bijt maar. Ondertussen vertelde hij dat hij uit Brits Guyana komt en dat hij voor zijn nieuwsvoorziening naar de Wereldomroep luisterde, de Engelstalige uitzendingen. Hij had af en toe ook nog een woord Nederlands geleerd.
Au is universeel, dus dat verstond hij wel. Alhoewel deze uitdrukking van pijn vooral verloren ging in de handdoek die stevig tussen mijn tanden geklemd zat. Pus er uit, niet eens detol er op, maar zwemmen. “Ga de Amazone in, denk niet na over die fabrieken die hier uren reizen vandaan staan, maar bedenk dat het schoon is en bedenk dat je zelf heel schoon wordt. Zwem en beweeg extra met je benen.”
Dezelfde avond nog was mijn hiel geheeld. Het enige zichtbare was een rood vlekje dat ook nog best snel verdween.
Ik denk dat we er ‘s avonds een goed glas thee op hebben gedronken.
Geweldig verhaal! Met een grote glimlach gelezen.
Bikkel!