Tiruchirappalli, 5 maart 2023
We hadden ons voorgenomen om niet meer met de nachttrein te gaan. Je bespaart een hotel met zo’n trein, maar het kost meestal wel een belangrijk deel van je nachtrust. Maar om van de ene stad in de andere te komen, moet je lang reizen. Dus knippen we de reis van Madurai naar Chennai in tweeën.
Opeens zijn we in Tiruchirappalli, Trichy zeg maar. Een stad van metaal en textiel. We hadden op papier een prachthotel op een prachtlocatie. In de praktijk is het allemaal net even anders en voelen we ons een beetje onthand.
Maar dan gaat het wandeldewandelprincipe werken. Loop maar door, we komen vanzelf iets tegen. Dat lukt meestal niet meteen. We denken bij plekken waar we moeten zijn in een stad vaak te westers. De rivier, daar gebeurt altijd wel iets. Nou, nee. Soms is het gewoon een drooggevallen stinkbak, waar koeien het weinige gras tussen de stenen proberen te eten.
Of we lopen naar de grote tempel of kerk in de stad, daaromheen zal toch wel van alles te doen zijn? Ja, stalletjes om sieraden te kopen, vaak niet veel meer.
Maar als je om je heen kijkt gebeurt er altijd wel iets. Bij de droge rivier hebben kinderen muziekles. Het is drummen vandaag en er klinkt zo veel plezier. We gaan luisteren en al snel komen er jongetjes uit het getraliede schoolraam hangen. Iedereen uit de maat, iedereen lachen.
De volgende rivier is nog mooier. Daar is wel water, er zijn veel mensen en er is heel veel was. Grote doeken worden gewassen en drooggeslagen. Daarna wordt de was op het zand gelegd om verder te drogen. Dat is aan de ene kant van de rivier. Aan de andere kant is een stenen trap gemaakt. Daar wordt ook was te drogen gelegd.
Jong, oud, iedereen door elkaar. De rivier wordt niet alleen gebruikt om kleding te wassen. Het is ook een openbare douche. Het maakt niet uit, alles gebeurt door elkaar.
Als we de trappen weer teruglopen blijkt er een olifant te staan. Ze staat er stil olifant te wezen en lijkt dankbaar als mensen haar bananen offeren.
Terug naar het hotel vinden we een soort moerassig poldergebied. Het is er heerlijk rustig. Er staat een begrafenisauto die er uit ziet als een soort carnavalswagen. Er is ruimte voor de kist of waar het dode lichaam dan ook in ligt en er is ruimte voor de rouwenden in dezelfde open wagen. Aan de buitenkant is het met felle kleuren beschilderd. Alles is anders en daardoor extra mooi om te zien.
Een op het oog mislukte tussenstop is dan toch opeens een klein hoogtepunt.
Mooi!