Goa, 10 maart 2023
Het vliegveld van Chennai kom je niet zo maar binnen. Voor de ingang staat een militair die de instapkaarten controleert. Onze kaarten op de telefoon lijken niet helemaal in orde. We moeten opnieuw achter in de rij aansluiten en als de kaarten dan weer worden gecontroleerd blijkt het toch goed te zijn.
Met de lift naar de incheckbalies. Net buiten de lift staat een militair die de instapkaarten controleert. Ze kijkt heel serieus, controleert op de paspoorten of onze hoofden nog bij onze pasfoto’s horen en we mogen door.
We zijn wat gestrest, om het zacht uit te drukken. Ook omdat we zaten te klooien met het gewicht van de rugzakken. Er mocht maar 15 kilo mee, en we konden geen kilo’s bijboeken. Als het meer was, dan zouden we dat vanzelf op de luchthaven merken en daar bijbetalen.
Het is gek hoe dat werkt. Ook al is een kilo of wat extra in verhouding erg veel geld, het hoeft verder geen stress te veroorzaken. Dat doet het dus wel.
De kleine rugzakken zijn extra zwaar en Cécile draagt in de warmte een regenjas met grote zakken. Zonder bij te betalen mogen we door.
Een beetje minder stress, maar dat is niet gerekend op de volgende controle. Schoenen uit, jassen uit, rugzakken leeg. Cécile en ik moeten in een andere rij. Vrouwen en mannen apart.
Het duurt bij Cécile lang omdat haar spullen verschillende keren door de scanner gaan. Waarom hebt u al die snoertjes bij u, wat doet u daar mee. Het zijn oplaadsnoeren voor telefoon, computer, bedlampjes (!), fototoestel en meer van dat.
Bij mij duurt het nog langer. In mijn rugzak zitten de zware ijzers om de hangmat op te hangen. Daar wordt lang naar gekeken, maar deze ijzers zijn niet het echte probleem. Het gaat om het touw, het touw dat de hangmat moet laten hangen.
Mijn gespannen vel staat op springen en er volgt een ondoordacht gesprek. Dat begint met vragen naar de bekende weg: Waarom mogen ze niet mee? Ik weet dat het antwoord: ‘omdat het niet mag,’ zal zijn. Ik weet ook dat ik mijn vel laat springen als dat antwoord komt.
De stemverheffing leidt niet tot een goed antwoord. Oké, ze maken het iets specifieker: omdat het de regels zijn. Je kunt met zo’n touw iemand iets aandoen.’
Vervolgvragen en vervolgantwoorden maken me alleen maar bozer. ‘Sorry meneer, wij hebben de regels niet gemaakt, we voeren ze alleen maar uit.’ Ai, dat is het allerfoutste antwoord der foute antwoorden.
Er staan borden dat je geen wapens mee mag nemen. Daar staat een plaatje bij van een schietgeweer, maar niet van een touw. Nergens staat dat je geen touw mee mag nemen. ‘Hallo, nergens staat dat je geen touw mee mag nemen.’
Ik weet dat het een verloren gevecht is. En als ik al zou willen, ik kan het touw daarbij niet gebruiken. Het is ingenomen en het blijft ingenomen.