Geen widgets gevonden in de zijbalk

In de trein van Mumbai naar Margao (Goa), 2 februari 2023

Ik snurk. Ik snurk soms hard, soms zacht, soms is er alleen gepruttel. Cécile slaapt heel licht en wordt wakker van gesnurk. Meestal snurk ik als ik op mijn rug lig. Dus in de nacht krijg ik af en toe een duwtje om op mijn zij te gaan liggen. 

Soms werkt het. 

Snurken houdt Cécile uit haar slaap. Het is voor haar gekmakend als de snurker niet ophoudt met snurken. Het maakt in haar boze slapeloosheid niet uit wie of wat ze voor zich heeft. 

We waren dertig jaar geleden nog geen twee weken onderweg. Vuurland hadden we achter ons gelaten en we zochten ons heil in de natuur van het zuiden van Chili: Torres del Paine. We zijn er denk ik met een lange, lange busreis gekomen. Op internet zie ik nu dat het ruim 300 kilometer ten noorden van Punta Arenas is over niet al te beste wegen. 

Er waren vast mensen aan het snurken in de bus, maar dat was geen probleem. Het geluid daar werd overstemd door de televisie die aanstond. Fijne films met heel veel geweld. Verschillende doden per minuut, en dat dan al die uren lang. 

We vonden rust in het natuurgebied en gingen wandelen met een paar Zwitsers. Zij waren speciaal voor dit natuurgebied naar Chili gekomen. We vroegen ons af of er in Zwitserland ook geen mooie bergen zijn. De tegenvraag konden we zelf goed beantwoorden: het Patagonische laagland waar we vandaan kwamen, vonden we nogal saai. Het ene lage land is het andere niet. Zoals de ene berg de andere niet is. 

Na de eerste wandeldag in Torres del Paine kwamen we in een blokhut. Deze hut mochten we delen met een Argentijnse televisieploeg. Ze hadden net vier (vijf, honderd, hondertachtigmiljoen) dagen gefilmd in de natuur, hadden wat gedronken en waren dood en doodmoe.

Ik werd midden in de nacht wakker, niet van het gesnurk van de geluidsman, maar van het geschreeuw van Cécile. Ze was van de eerste verdieping van haar hoogslaper afgeklommen om boven het hoofd van de geluidsman te roepen dat hij OP MOEST HOUDEN MET SNURKEN. Het had geen effect op het geluid van de ademhaling van de geluidsman. 

Dertig jaar later, de trein van Mumbai naar Goa. Zes slaapplekken. Vier in één ruimte, gordijntje er voor en dan twee slaapplekken boven elkaar in het gangpad. Het eerste uur zitten we gezellig te praten met een man van de Indiase marine. Hij legt ons uit dat bij zware zee iedereen moet overgeven, tot de stoerste kapitein aan toe. Dan weten we dat ook weer. 

Na een uur wordt plek nummer vier ingenomen door een stille man. Zonder iets te zeggen legt hij netjes spullen op zijn bed en hij kruipt stilletjes onder een laken. Niet veel later begint het gezaag. De marineman slaapt tijdens het zagen gewoon door. Hij is natuurlijk gewend aan extreme omstandigheden. Tegelijk met de snurk hoor ik de ingehouden woede in het bed boven mij. 

Ik ben op het ritme van snurk en woede in slaap gevallen. Cécile roept de snurkman iets toe, schijnt hem met haar telefoonlamp in de dichte ogen en uiteindelijk prikte ze hem met haar haarspeld in zijn zij. Ze kon er makkelijk bij, de snurkman lag tenslotte in dezelfde coupe, op dezelfde verdieping. Hoe goed deze daad heeft geholpen weet ik niet. De man stond vroeg op, niet om uit te stappen maar om in alle stilte bij zijn vrouw te gaan zitten. Zij had het benedenbed in het gangpad. 

De snurkman zit nu totaal onschuldig stil. De speld zit gebogen weer in het haar van Cécile. 

Eén gedachte over “38. Snurk”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.